Maatschappij

Van Trump naar een windmolenpark is een kwestie van persoonlijke grip

De beweging naar rechts in de landelijke politiek. Onverschilligheid tegenover klimaatmaatregelen. De opkomst van complottheorieën en de groeiende groep mensen die erin gelooft. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) houdt zich al rapportenlang bezig met deze maatschappelijke ontwikkelingen, en munt in het nieuwe rapport ‘Grip, het maatschappelijke belang van persoonlijke controle’ een term die het een en ander kan verklaren. Hoogleraar Will Tiemeijer legt het allemaal uit.

De overheid laat zich adviseren door wetenschappers zoals economen, bedrijfskundigen en juristen, en maar zeer zelden door gedragswetenschappers. Will Tiemeijer is zo’n witte raaf, opgeleid als taalwetenschapper en gepromoveerd op politieke wetenschap en communicatie. ‘De laatste tien jaar zie je dat gedragswetenschappers voet aan de grond krijgen bij de overheid. Grappig, want overheidsbeleid gaat deels over hoe mensen zich gedragen. En dat is bij uitstek een terrein waar bijvoorbeeld psychologen verstand van hebben. Wat mij betreft zou die expertise vaker kunnen worden ingezet.’

Vijftien jaar geleden publiceerde de WRR het rapport De Menselijke Beslisser, daarop volgde Met kennis van gedrag beleid makenen Weten is nog geen doen. In het laatste rapport, vaak geciteerd, bracht de raad het zogenoemde ‘doen-vermogen’ naar voren, de vaardigheid om voornemens daadwerkelijk uit te voeren. Will licht toe: Mensen weten wel wat ze moeten doen, maar komen niet in actie. Daar zit vaak een verschil tussen, wat je niet oplost door meer informatie te verstrekken.’

Het rapport Grip gaat een stap verder. Dat gaat niet over het vermogen om de juiste keuzes te maken, maar over de middelen, mogelijkheden en rechten om de omgeving te beïnvloeden zoals je zou willen. ‘Doe-vermogen gaat over zelf-controle, grip gaat over omgevingscontrole. We hebben het woord ‘controle’ trouwens zoveel mogelijk vermeden in het rapport, want dat heeft een onaangename connotatie. We hebben verschillende termen verkend en uiteindelijk gekozen voor ‘grip op het leven’, omdat dat het beste de lading dekt.’

Onzekerheid uitbannen

‘De meeste mensen willen een betekenisvolle baan, voldoende inkomen, een prettige woning in een fijne buurt, een goed sociaal netwerk en misschien een gezin. Die zaken komen niet vanzelf, daar moet je je best voor doen. Bovendien zit het leven vol verrassingen en tegenslagen, waardoor het lastiger kan worden om die doelen te bereiken. Als je ze hebt, loop je risico het kwijt te raken. Sommige mensen willen die onzekerheid uitbannen, liefst door de overheid.’

Belangrijk om op te merken dat het om de perceptie van grip gaat, om het gevoel dat je controle kunt uitoefenen. Het team van Will is die grip gaan meten en testen, bijvoorbeeld door het afnemen van interviews met vragenlijsten. En geloof me, geld is maar een van de aspecten van grip. ‘Budget is belangrijk, dat wil ik niet ontkennen. Zit je er krapjes bij, dan is dat zeker een belemmering voor controle. Maar we ontdekten dat ook zaken als de woningmarkt, baanzekerheid en sociaal netwerk een grote rol spelen.’ Opleidingsniveau speelt mee – tot bepaalde hoogte. ‘Ik heb een goede opleiding en een goed inkomen, maar als mijn relatie in de problemen raakt of als mijn baan op de tocht staat, moet ik misschien mijn huis verkopen. Dat verlaagt mijn gevoel van grip. Iemand met minder opleiding of een lager inkomen, kan z’n zaakjes goed op orde hebben en volop grip ervaren.’

25 jaar extra gezonde levensverwachting

Uit het onderzoek van de WRR blijkt dat mensen die een laag gevoel van grip hebben, ook laag scoren op gezondheid. ‘Dat kan zomaar acht jaar levensverwachting schelen en zelfs 25 jaar gezonde levensverwachting. Al jarenlang wordt gepoogd daar iets aan te veranderen. Grip als factor lijkt misschien in een ander domein te liggen dan volksgezondheid, want we moeten dus kijken naar huisvesting, vaste arbeidscontracten, financiële zekerheid, maar het gevolg van het vergroten van grip kan dus het verbeteren van de gezondheid zijn.’

Ook een laag gevoel van grip en het groeiende maatschappelijk onbehagen hangen met elkaar samen, ontdekte Will. ‘Toen ons maatschappelijk onbehagen te onderzoeken, vroegen we ons in eerste instantie af wat we nog konden toevoegen aan de onderzoeken die daar de laatste tijd al naar zijn gedaan. De correlatie met grip is nieuw. We zien dat negatieve gevoelens over het eigen leven uitvloeien naar de samenleving als geheel.’

Wij en zij

En dat zien we in de krantenkoppen van de afgelopen maanden, misschien zelfs jaren. ‘Als het gevoel van grip bij mensen wordt ondermijnd, kan dat ertoe leiden dat ze maatschappelijke beelden en opvattingen ontwikkelen waar je niet per se blij van wordt. Mensen gaan eerder in termen van wij en zij denken, ontwikkelen een voorkeur voor autoritaire leiders en zullen zelfs eerder complotten vermoeden.’ Vreemd? Will ziet de logica. ‘Mensen hebben fundamentele behoefte aan controle. Het idee dat de wereld grillig en onvoorspelbaar is, kunnen we niet aanvaarden. Ervaar je zelf geen controle over je eigen leven, dan kun je gaan veronderstellen dat iemand anders die controle wél heeft. Dat kan een sterke leider zijn, of een theorie die de chaos allemaal verklaart. Dat wordt de theorie van compenserende controle genoemd.’

Voor Will verklaart dat onder andere de opkomst van Trump, iemand die zichzelf laat zien als succesvolle zakenman die alle problemen gaat oplossen. ‘Heb je geen grip op je eigen leven, dan kan het aantrekkelijk zijn om op hem te stemmen.’ Slecht nieuws voor duurzaamheid, als je het mij vraagt. Terwijl de kennis uit het onderzoek ook kan zorgen voor een extra boost, legt Will uit. ‘Twee windparken laten zien hoe het kan en hoe het zeker niet moet. In Drenthe had de lokale bevolking niks te zeggen over de plaatsing van de windmolens, terwijl in Zeewolde de bewoners werden betrokken bij een investeringsmaatschappij die de windmolens uitbaat. In Drenthe liep het uit de hand, met rellen en zelfs arrestaties als gevolg, terwijl mensen in Zeewolde invloed hadden op het project en er zelfs geld mee verdienen.’

De oplossing ligt dus voor de hand, zou je zeggen. ‘We sluiten ons rapport niet af met een lijst aanbevelingen. Maar ik kan me goed voorstellen als we de precaire situatie waar sommige mensen mee te maken hebben, kunnen verbeteren, we daar behoorlijk winst kunnen halen. Een goede hulpinfrastructuur en rechtszekerheid zou al helpen, zodat je zeker weet dat je niet morgen kwijt kunt raken wat je vandaag geregeld hebt.’

Foto: Fons Heijnsbroek (Unsplash)

Deel deze blog:

Duurzame ambitie

De transitie naar een duurzamere wereld gaat veel te traag als we die overlaten aan de politiek en het bedrijfsleven. 

Consumentenactivisme en onze politieke stem laten gelden zijn zeker belangrijk, maar er is meer nodig. Gelukkig kan iedereen het verschil maken.

Schrijf je in voor de Ecosofie nieuwsbrief en ontvang direct het eerste hoofdstuk gratis!